Iedereen die met sport bezig is, weet hoe belangrijk het is om een duidelijk doel voor ogen te hebben. Of je nu traint voor je eerste 5 km, sterker wilt worden in de sportschool of toewerkt naar een grote wedstrijd: een doel geeft richting en motivatie. Maar de weg ernaartoe gaat zelden zonder hobbels. Tegenvallers, blessures of periodes van minder energie horen erbij. Juist dan is het belangrijk om niet op te geven, maar weer op te staan en door te gaan.
Doelen stellen: maak het concreet
Een doel werkt pas echt als je het concreet maakt. “Ik wil fitter worden” is mooi, maar niet tastbaar. Beter is: “Ik wil drie keer per week trainen en in 10 weken 5 km kunnen hardlopen zonder te stoppen.” Dit geeft je houvast, een duidelijk plan en kleine mijlpalen om onderweg te vieren.
Tegenslagen horen erbij
Het is normaal dat niet alles volgens plan loopt. Misschien mis je een training, loop je tegen een blessure aan of merk je dat je voeding en energie niet in balans zijn. In plaats van je doelen los te laten, is dit hét moment om te kijken wat je wél kunt doen. Vaak leer je het meest in deze periodes en kom je er sterker uit.
Voeding: brandstof voor prestaties
Goede voeding maakt een wereld van verschil in hoe je presteert. Zie het als de benzine voor je motor: zonder de juiste brandstof loopt je lichaam niet optimaal.
- Koolhydraten zijn belangrijk voor energie, vooral bij intensieve trainingen.
- Eiwitten helpen bij spierherstel en opbouw. Daarom neem ik zelf voor een wedstrijd bewust minder eiwitten, omdat ze wat zwaarder te verteren zijn, en na een wedstrijd juist extra eiwitten om het herstel te ondersteunen.
- Vetten geven je langdurige energie en ondersteunen je hormoonbalans.
En vergeet niet: voldoende drinken! Zelfs een klein vochttekort kan je prestaties flink verminderen. Soms gebruik ik ook elektrolyten, vooral rond wedstrijden: vijf dagen voor en vijf dagen erna. Dit helpt om vocht- en mineralenbalans optimaal te houden.
Slaap: de vergeten superkracht
Veel sporters focussen op trainen en voeding, maar onderschatten slaap. Terwijl juist in je slaap het herstel plaatsvindt: spieren herstellen, je energieniveau wordt opgeladen en je brein verwerkt de prikkels van de dag. Te weinig slaap zorgt voor slechtere concentratie, meer kans op blessures en minder vooruitgang.
Herstellen voor een wedstrijd
Rust is net zo belangrijk als training. Voor een wedstrijd stop ik zelf altijd 2 à 3 dagen helemaal met trainen. Vroeger dacht ik dat ik op het laatste moment nog verschil kon maken door door te trainen, maar nu weet ik dat je vlak voor een wedstrijd alleen maar risico loopt op blessures en vermoeidheid. Je kunt beter fris en hersteld aan de start verschijnen, want dáár maak je het verschil.
Mijn eigen ervaring: vallen, opstaan en groeien
In september deed ik mee aan de Hyrox in Maastricht. Mijn doel was een eindtijd van 1:25, maar het werd uiteindelijk 1:28. Drie minuten ernaast – dat voelde eerst als falen, want ik hou ervan om mijn doelen te halen. Maar dit hoort ook bij sporten: leren omgaan met teleurstellingen en het zien als een kans om sterker terug te komen.
Een paar weken later stond ik aan de start van de Singelloop in Breda, met als doel onder de 30 minuten te lopen. Dit keer ging het boven verwachting goed: ik finishte in 27:48. Dat gaf me echt een boost! Natuurlijk ken ik mezelf: direct na die euforie stelde ik alweer een nieuw doel. Op 26 oktober loop ik in Etten-Leur, en dan wil ik onder de 26 minuten.
En ja, dat blijft spannend. Want falen en slagen liggen dicht bij elkaar. Maar dat is ook precies wat sporten zo mooi maakt: je blijft leren, groeien en jezelf uitdagen.

Geef een reactie